De druiven worden op het optimale moment met de hand geplukt, ontsteeld, gekneusd en omgezet in wijn door een proces van zorgvuldige maceratie om hun kleur, tannines en aroma's te extraheren, versterkt door constant roeren tijdens de fermentatie. Dit gebeurt in vaten (lagares) bij een gecontroleerde temperatuur (tussen 28-30°C) totdat de juiste mate van zoetheid (baumé) is bereikt. Op dit punt wordt druivenbrandewijn toegevoegd om de uiteindelijke versterkte wijn te maken. Een wijn van hoge kwaliteit, gemaakt van één enkele oogst. Een Colheita-wijn rijpt in eikenhouten vaten gedurende perioden die kunnen variëren, maar nooit minder dan 7 jaar. Het wordt vervolgens gebotteld en verkocht en is onmiddellijk klaar voor consumptie